Inleidende verklaring persconferentie informateur Johan Remkes van 30 september 2021
Inleidend statement van informateur Johan Remkes tijdens de persconferentie waarin hij een toelichting geeft op zijn eindverslag. Bekijk de hele persconferentie via YouTube. Of lees de letterlijke tekst van de persconferentie.
Inleidende verklaring informateur Remkes
Zoals bekend heeft de Kamer mij op 7 september via een motie gevraagd om uitvoering te geven aan het advies van de vorige informateur: mevrouw Hamer. Dat advies luidde coalitieonderhandelingen te begeleiden die op dat moment gericht zouden moeten worden op het vormen van een minderheidscoalitie, uit een nader te bepalen combinatie van VVD, D66 en CDA. Daarbij zou deze minderheidscoalitie een constructieve en vruchtbare samenwerking moeten zoeken met de Staten-Generaal.
Ik heb op basis van eerdere gesprekken deze maand geconcludeerd dat een traditioneel minderheidskabinet uit een combinatie van VVD, D66 en CDA niet mogelijk bleek. Dat heeft mij ertoe gebracht om andere vormen van samenwerking en samenstelling te gaan verkennen. Er waren immers voldoende inhoudelijke aanknopingspunten binnen het brede midden van de Nederlandse politiek.
Gisteren ben ik daarom in gesprek gegaan met negen partijen uit dat constructieve politieke midden. Ik heb een dringend beroep gedaan op die partijen om, buiten de gebruikelijke vormen om te komen tot samenwerking. Het was een uiterste poging om alle alternatieve vormen van samenwerking te verkennen. Dat liep van steun voor inhoudelijke thema’s, het leveren van extraparlementaire bewindspersonen, tot volledige deelname aan een kabinet. Het was een open gesprek waarbij iedereen zijn bijdrage heeft geleverd.
Aan het einde van de gesprekken bleek dat alle negen partijen groot belang hechten aan twee punten. Eén: een beknopt regeerakkoord, over het wat, zodat daarna de kandidaat-bewindspersonen het hoe in een regeerprogramma kunnen uitwerken. Dat betekent dus een langere periode voor het constituerend beraad. Dat is nu meestal formeel een uur. Dat wordt misschien nu wel een of twee weken. Het houdt in dat verantwoordelijkheden van het kabinet en coalitiefracties meer uit elkaar worden getrokken. Twee: deze nieuwe werkwijze raakt aan de bredere wens voor een andere bestuurscultuur. Twee elementen hierbij werden door iedereen benadrukt. De relatie tussen Kamer en kabinet, met meer ruimte voor dualisme. En de omgang van de overheid met burgers. Mijn advies is dan ook om deze twee punten als uitgangspunt te hanteren voor de coalitieonderhandelingen.
Dat brengt mij tot de conclusie en aanbeveling over welke partijen onderhandelingen willen starten. Uit de gesprekken gisteren bleek dat alternatieve vormen van samenwerking op onvoldoende steun konden rekenen. Iedereen was zich tegelijkertijd zeer bewust van de urgentie en de noodzaak om uit deze politieke impasse te geraken. Gecombineerd met een breed draagvlak voor de nieuwe bestuursstijl, leidde dit tot een doorbraak. Er bleek bereidheid bij vier partijen om met elkaar onderhandelingen te starten over een gewoon meerderheidskabinet, te weten VVD, D66, CDA en CU. Daarbij is uitdrukkelijk de mogelijkheid open gelaten voor anderen uit deze negen partijen om in een alternatieve vorm steun te geven. De voorzitters van VVD, D66, CDA en CU hebben inmiddels ingestemd met deze conclusie. Dit allemaal bij elkaar betekent dat het nieuwe kabinet op een geheel nieuwe leest wordt geschoeid. Er is dus sprake van een geheel nieuwe start. Het maakt dat de volgende fase in een formatie ook snel kan gaan. Het doet mij deugd dat partijen in deze complexe politieke situatie verantwoordelijkheid willen nemen. Nederland heeft behoefte aan een daadkrachtig kabinet dat snel de grote problemen aanpakt. Tempo is dus geboden. Ik heb zoals gezegd de Kamervoorzitter zojuist mijn eindverslag aangeboden en ik ben uiteraard bereid dit verslag toe te lichten in een debat met de Tweede Kamer.